Veldhondstong - Cynoglossum officinale--
Ruwbladige familie - Boraginaceae |
(Bijenplant), hommelplant, drachtplant. |
 |
Een tweejarige plant |
Bloeiperiode: rond mei |
Bloem: roodbruin en verkleurend naar paars |
Blad: stengelbladen langwerpig, rozetbladen vaak zeer groot doen wat aan grote weegbree denken |
Vrucht: een afgeplatte splitvrucht; de rijpe nootjes en hebben haakvormige stekels en een verdikte rand |
Overige: stengels kort behaard |
Hoogte: 0,4-0,8 m |
|
|
|
|
|
Milieu en groeiplaats: min of meer droge, kalkrijke en enigszins voedselrijke open bodems; in duinen; op dijken, rivierduinen, zandige braakliggende terreinen langs de rivieren, industrieterreinen; zon. In de duinen het meest langs paden onder meer ruiterpaden. |
Verspreiding in Nederland: vrij algemeen in de duinen ten zuiden van Bergen; zeldzaam, maar lokaal talrijk langs het bovenstrooms gedeelte van de grote rivieren. |
Toepassing: botanische tuinen, kruidentuinen. |
Beheer: de bodem moet door natuurlijke processen worden open gehouden; verstuiving, begrazing, overstroming (rivierduin vorming); in de duinen ook veel langs ruiter- en open wandelpaden. |
Wilde solitaire bijen: niet genoteerd |
Dracht: veel nectar en weinig stuifmeel. Indicatie voor dracht: code 3 alleen in de buurt van een bijenvolk. In de duinen ontbreken de honingbijen vaak, terwijl deze plant over kilometers lengte talrijk kan voorkomen. |
|
Platen veldhondstong - Cynoglossum officinale - (bron links: O.W. Thomé Flora von Deutschland, Österreich und der Schweiz; rechts: Deutschlands Flora in Abbildungen.Johann Georg Sturm) |
|
|
Plant |
 |
|
Veldhondstong - Cynoglossum officinale |
|
|
Rozetbladen van veldhondstong |
 |
|
Bloeiwijze |
 |
|
Vruchten |
 |
|
Vruchten -- |
 |
|
Vruchten |
 |
|
Vegetatie in een duinvallei |
 |
|
Fragment |
 |
|
Aardhommels |
 |
|
 |
|
 |
|